Een magistrale ets van Anton Pieck
De ets behoort , met de gravure en de droge naald, tot de groep van reproductietechnieken die we diepdruk noemen. De etser gebruikt een metalen plaat. Deze wordt gepolijst, verwarmd en bedekt met een mengsel van vernis en asfalt. Dit heet etsgrond. Vervolgens wordt met een naald de tekening aangebracht in de bruine laag, zodat op die plaatsen het metaal weer zichtbaar wordt. Dan gaat de plaat in een bak met zuur en waar de etsgrond verwijderd is, bijt (etst) het zuur een groef in het metaal. Als de kunstenaar denkt dat dat het zuur voldoende heeft gewerkt, wordt de plaat schoongemaakt met terpentijn.
Met een leren tampon wordt de geëtste plaat flink met drukinkt ingesmeerd, waarbij je moet zorgen dat de inkt goed in de groefjes komt. De wijsvinger is daarbij handig. Dan wordt met een oude lap alle inkt van de plaat afgeveegd zodat de inkt alleen in de groefjes overblijft. Het afdrukken kan dan beginnen: de plaat wordt op de etspers gelegd; een tevoren nat gemaakt stukje papier wordt daarop gelegd en daaroverheen gaat een lap leer. De zware rollen worden in beweging gezet met behulp van een groot draaiwiel. In het Anton Pieck Museum staat de originele etspers van Pieck.
Op de ets hiernaast kijken we door een kerkvenster van de Sint Joriskerk in Amersfoort naar buiten. Deze ets is een van de meest indrukwekkende werkstukken op grafisch gebied van Anton Pieck. De plaat is tweemaal gebeten. Eerst is het raam (met panorama) geëtst en daarna kwam het verschiet erin en ging de plaat voor de tweede keer in het zuurbad. Een lastig werkje want de eerste bijting moet dan afgedekt worden; heel lastig met al die details. Met krijt worden de lichtplekken aangetipt voor het gewenste effect. Buitengewoon knap hoe de verschillende tinten zijn bereikt.
Deze prent was oorspronkelijk het onderste deel van een veel grotere ets. Daarvan is er geen druk meer maar we weten dit door een voorstudie. De hele boog van het raam stond erop en de ets was ruim tweemaal zo groot. Toen deze af was, besloot Pieck de bovenste helft eraf te snijden om het uitzicht beter te laten uitkomen. Zo bleef deze magistrale ets over.