In 1919 maakte Anton Pieck een knap jeugdwerk o.a. de indrukwekkende ets ‘Vlaamse processie’, sterk geïnspireerd op een werk van Felix Timmermans, en wel op ‘Pallieter’, het boek dat Pieck als eerste zou gaan illustreren.
Aan de hand van een oude schets – zeventig jaar oud en nogal slordig opgeborgen en bewaard – kunnen we vaststellen dat de ets enige versobering heeft ondergaan ten aanzien van de oorspronkelijke opzet. Het kerkhof met de vervallen grafstenen heeft in de ets plaats gemaakt voor een lege muur, waartegen de schrijn ‘blinkt’. Andere verschillen zijn ten dele het gevolg van aanwijzingen van Timmermans, die de fantasie van het verbeeldingsvermogen van de tekenaar indamde teneinde meer aan te sluiten bij de Vlaamse werkelijkheid. De ets is minder hoog, wel breder dan de schets. Het kerkgebouw is schematisch aangegeven.
Daardoor is de ets anders van toon en uitdrukking geworden. De nadruk valt nu meer op de stoet en minder op de achtergrond. De grote vanen accentueren het herfstige in de voorstelling, waarin de deelnemers met gebogen hoofd voortschrijden. Het krioelt van mensen in allerlei kledij, burgers en geestelijken, begijnen en kinderen. Alle attributen zijn aanwezig: lantaarns, vaantjes, de ‘Honingzoete maagd uit Holland’, de reliekschrijn, muziekinstrumenten .
Timmermans omschreef in zijn boek ‘Pallieter’:
‘En daar, vanuit de brede poort, kwam de processie op de overlommerde Begijnenvest… Twaalf begijnen in witte lakens droegen met veel moeite de zware zilveren relikwiekas van Sinte Begga. Zij blonk gelijk de zon en schoot stralen in de lucht’.
Als geheugensteun noteerde Anton Pieck een klein deel van deze tekst rechtsonder de schets voor het maken van de definitieve ets.
Ook in deze ets is Pieck de nauwgezette illustrator – vooralsnog in wording-die gewetensvol de tekst volgt.